Afbeelding bekijken
Iedereen laat ze: sluipschutters, ruften, flatus. Dat vinden we vies, maar soms ook leuk. ’Poepie’ en ’scheetje’ zeg je tegen iemand die je lief vindt. Tijd om eens scheikundig te kijken naar het fenomeen broekhoest!
je leest er alles over in dit artikel.
Opdrachten
1. a. Wat is de naam van de stof die je vooral ruikt in scheten?
b. De formule van deze stof is H2S. Leg uit waarom de naam die je noemt bij a eigenlijk fout is.
c. Wat is de triviale naam van deze stof?
2. Bij verbranding van H2S ontstaan zwaveldioxide en water.
a. Geef hiervan de kloppende reactievergelijking, inclusief toestandsaanduidingen.
b. Bereken hoeveel gram zuurstof er nodig is voor de verbranding van 50 kilogram H2S (rond je eindantwoord af met één cijfer achter de komma).
3. De ‘vier grote boosdoeners’ uit de tekst kun je verdelen in drie groepen. Koolhydraten (uit zoetstoffen, bonen en linzen) is een voorbeeld van zo’n groep. Wat zijn de andere twee groepen?
4. Een persoon produceert ongeveer 0,5 liter scheten per dag. De samenstelling is
59% stikstof
21% waterstof
9% koolstofdioxide
7% methaan
4% zuurstof
1% waterstofsulfide
bron: The fart facts De scheetfeiten Nederlands (zomoetdat.nl).
a. Er zijn in Nederland op dit moment zo’n 1794451 mensen. Bereken hoeveel liter stikstof er per dag door broekhoesten wordt geproduceerd. Rond af op een geheel getal.
b. Ook onze dieren laten winden. In Australië ontstaat daardoor een milieuprobleem, omdat daar ongeveer 77 miljoen schapen worden gehouden. Bespreek in groepjes van drie leerlingen welke milieuproblemen dat zijn en scheikundige oplossingen hiervoor.
Wil je meer weten over onze scheikunde methodes?
Naar website Chemie
Naar website Chemie Overal