Kerstverlichting

Rondom kerst versieren veel mensen hun huis of een kerstboom met lampjes, sommige meer dan anderen. Deze man heeft in totaal zo’n 120.000 lampjes opgehangen. Kerstlampjes kun je kopen in allerlei soorten en maten: sommige met maar 10 lampjes aan één draad, sommige met meer dan 2000.

Opdrachten 

1. Hebben jullie ook kerstlampjes thuis? Hoeveel lampjes zitten er dan aan één snoer?

Stel, je hebt een snoer met 48 lampjes.

2. Zijn deze lampjes parallel aan elkaar geschakeld, of in serie?

Je stopt de kerstlampjes in het stopcontact. De spanning (U) van de bron is 240 Volt en de stroomsterkte is 120 mA (of 0,12 Ampère). Ga er vanuit dat alle lampjes aan elkaar gelijk zijn.

3. Wat is de spanning over ieder lampje? En wat is de stroomsterkte?

Doordat de lampjes allemaal hetzelfde zijn, hebben ze ook dezelfde weerstand.

4. Wat betekent het begrip ‘weerstand’?

5. Reken de weerstand van elk individueel lampje uit. Wat is dan de weerstand van het hele snoer?

6. Wat gebeurt er als één van de lampjes kapot gaat? Waarom gebeurt dat?

Extra informatie

Parallelschakelingen

Serieschakelingen

 

Wil je meer weten over onze methodes voor Natuurkunde en NaSk?

Naar website Overal Naar website Pulsar