Stikken we van de stikstof? Over die vraag is veel gedoe. In de natuur is een stikstofprobleem volgens veel mensen. Al valt dat volgens anderen wel mee. We denken na over moeilijke en dure oplossingen, maar een oplossing zo simpel als deze? Wauw!
Alles hierover staat in dit artikel.
Opdrachten
1. a. Haal uit de tekst waarom het woord ‘stikstofprobleem’ eigenlijk fout is.
b. Geef de formule van de stof die oplost in het water.
c. Hoe heet een deeltje van die stof?
d. Deze stof reageert met H+ deeltjes die door bacteriën worden geproduceerd. Er ontstaan dan stikstofgas en water. Geef hiervan de reactievergelijking, inclusief fasetoestanden.
2. Bereken hoeveel kg H+ nodig is wanneer je 50 kg stikstofgas wil maken.
3. In 1990 is er 150 miljoen kilogram stikstof in het oppervlaktewater terecht gekomen. In 2020 was dat 45 % minder.
a. Bereken hoeveel kilogram stikstof er in 2020 in het oppervlaktewater terecht is gekomen. Rond je antwoord af op één decimaal.
b. Bereken hoeveel kilogram nitraationen dat zijn geweest. Rond je antwoord af op één decimaal en ga er bij deze vraag vanuit dat alleen deze ionen de problemen veroorzaken.
4. Bespreek in groepjes van drie leerlingen drie scheikundige manieren om het stikstofprobleem kleiner te maken. Bespreek de uitkomsten met de rest van de klas.
Wil je meer weten over onze scheikunde methodes?
Naar website Chemie
Naar website Chemie Overal