‘Amsterdam ligt laag. Bij extreme regenval kan het water nauwelijks weg. De hoofdstad vecht tegen wateroverlast maar tegelijk mag het waterpeil ook niet te ver zakken. Dan slaat de droogte toe en verkruimelen de houten funderingen onder de kapitale grachtenpanden. Amsterdam moet balanceren tussen niet te nat en niet te droog: precisiewerk. Een kostbare operatie, waar dagelijks honderden mensen druk mee zijn, geholpen door een eeuwenoud watersysteem. Als deze stad zo laag ligt, en het is zó ingewikkeld om alles draaiende te houden, moeten we er dan nog wel koste wat kost willen wonen? En zo ja, wat zijn dan de consequenties?’
Bron: BNNVARA
‘Door klimaatverandering zal Amsterdam vaker terugvallen op de eeuwenoude kustbescherming. Dat gaat belangrijker worden als het vaker hard regent. En door de zeespiegelstijging worden we meer afhankelijk van pompen die kunnen falen.’
Maarten Ouboter, hydroloog
Opdrachten
|
Pompen of verzuipen
1 Klimaatverandering wordt bij het begin al direct zichtbaar. Bij extreme regenval kan het water niet weg. Leg uit hoe dit komt. |
|
Laag Amsterdam
2 ”Blijven we tegen het water vechten of laten we ons meevoeren door de stroom?” Hoe noem je het beleid dat over het laatste deel van deze uitspraak gaat?
3 De Amsterdamse grachten worden gevoed door drie bronnen. Noem deze bronnen. |
|
Loop van de Rijn
4 Beschrijf het verloop van het water vanuit de Keizersgracht en Singel naar de Noordzee.
5 In deze aflevering volgen we het lengteprofiel van de Rijn. Uit welke drie onderdelen bestaat dit profiel?
6 Het water van de Rijn eindigt 2000 met lager in de Noordzee. Welke aardrijkskundig begrip past hierbij? |
|
Binnenvaart op de Rijn
7 Volgens schipper Andries verandert het karakter van de Rijn. Welk bewijs noemt hij hiervoor en leg uit hoe dit komt. |
|
NAP
8 Hoeveel zit het water in Amsterdam gemiddeld boven of onder NAP?
Extra: Zoek eens op internet op wat de ‘Huddesteen’ is en waar je deze in Amsterdam kunt vinden. |
|
Dansende huizen
9 Leg de uitspraak “ De dansende huizen” uit. |
|
Houten palen
10 Maarten Kuiper heeft het over een sluipmoordenaar, wat bedoelt hij daarmee? |
|
Ondergrondse stromen
11 Leg de volgende uitspraak uit: “In Amsterdam is de infiltratiecapaciteit minimaal, maar ook grondwater ontmoet steeds meer blokkades’ .
|
|
Waag, verborgen rivier
12 Verklaar waarom het dempen van grachten tot wateroverlast leidt. |
|
Onder de Waag
13 De watertunnel onder de Waag verbindt het water uit de stad met het IJ. Op welke manier kan bij hoog water in het IJ de stad beschermd worden?
14 Waar gaat het rioolwater naartoe? |
|
Gemaal IJmuiden
15 Het gemaal bij IJmuiden bestaat uit zes pompen en wordt wel eens de laatste poortwachter van Amsterdam genoemd. Leg uit waarom. |
|
Boerderij en camping
16 Op de camping van Johan in de polder Groot Mijdrecht wordt in de boor klei aangetroffen. Welke grondsoort heeft hier vroeger op de klei gelegen? |
|
Polder Groot Mijdrecht
17 Welke bestemming wil de overheid aan de polder Groot Mijdrecht geven en welke belangen botsen bij de realisering hiervan?
18 Welke bestemming wil de overheid aan de polder Groot Mijdrecht geven en welke belangen botsen bij de realisering hiervan? |
|
Nieuwe fundering
19 Beschrijf hoe de houten palen worden vervangen. |
|
Tegels eruit
20 ‘Tegels eruit en gras erin’, een oplossing om de verstening tegen te gaan. Noem nog een paar verschillende oplossingen om de infiltratiecapaciteit van de steden te verbeteren. |
|
Wadi
21 Leg de werking van de wadi in Slotermeer uit.
22 Wat is de watertoets? |
Wil je meer weten over onze aardrijkskundemethode buiteNLand?
Naar website
Meer informatie over dit onderwerp vind je deel 4 hoofdstuk 4 Wateroverlast.