NU Actueel

Een duidelijke instructie geven, hoe doe je dat?

Onderdeel: een instructie geven
Doelgroep: onderbouw havo/vwo
Duur: 30 minuten

Duidelijke instructies geven is lastiger dan je denkt. De meeste leerlingen zijn zich daar niet van bewust. De beste manier om dit te laten landen is door de leerlingen dit zelf te laten ervaren. In de tweede lesbrief van SNDI oefent u met uw klas hoe je duidelijke instructie geeft. Veel plezier!

Stap 1: voorlezen + vraag aan klas

Lees onderstaande tekst hardop voor. Vraag de klas of ze kunnen raden wat het voor tekst is en waar deze over gaat.

Het is eigenlijk vrij simpel. Allereerst verdeel je de dingen in verschillende groepen. Maar natuurlijk, één hoop kan ook voldoende zijn – dat hangt af van hoeveel er is. Het kan zijn dat je vervolgens ergens anders heen moet omdat je geen apparaat hebt, indien dit wel het geval is, dan ben je nu al een flink eind op weg. Het is belangrijk om niet te veel te doen. Ik bedoel: het is beter om maar een paar dingen tegelijk te doen, in plaats van te veel in één keer. Op korte termijn lijkt dit niet zo belangrijk, maar er kunnen snel problemen ontstaan. En een foutje kan je aardig wat geld kosten. Eerst lijkt de procedure ingewikkeld maar je zult zien: het wordt vanzelf een onderdeel van je leven.

Stap 2: waar gaat het over?

Hebben de leerlingen geen idee waar deze tekst over gaat? Dat is niet zo vreemd, want er is geen touw aan vast te knopen. Tenminste, totdat je de leerlingen het onderwerp van de tekst geeft, namelijk: hoe was je je kleren?

Stap 3: opnieuw voorlezen

Lees de tekst nog een keer hardop voor. Begrijpen de leerlingen de tekst nu wel?

Stap 4: uitleg

Leg de leerlingen uit hoe het komt dat ze de tekst nu wel begrijpen. De uitleg is als volgt:
Deze tekst maakt onderdeel uit van een bekend onderzoek uit de psychologie (Bransford en Johnson, 1972). Het onderzoek laat zien dat wij ‘een kapstok’ nodig hebben om informatie te kunnen plaatsen in ons hoofd. Als we die kapstok niet geven, is het veel lastiger – en soms onmogelijk – om het te begrijpen, zoals we hebben gemerkt toen de tekst de eerste keer werd voorgelezen. De persoon die de instructie geeft, maakt vaak snelle gedachtesprongen, maar die zijn voor de luisteraar onzichtbaar en daarom moeilijk te volgen. Wanneer er wel een duidelijke kapstok wordt gegeven, is alles beter te volgen.

Stap 5: oefening in de klas

  • Kies drie leerlingen als proefpersoon.
  • Stuur deze drie leerlingen naar de gang.
  • Bespreek met de klas dat je de proefpersonen straks de volgende opdracht gaat geven: leg aan een blind persoon uit hoe het spel voetbal werkt.
    Vraag aan de klas om goed op te letten welke verschillen en overeenkomsten er zijn tussen de manieren waarop de drie proefpersonen hun uitleg geven.
  • Vraag proefpersoon 1 terug de klas in en geef hem/haar de opdracht.
  • Vraag proefpersoon 2 terug de klas in en geef hem/haar de opdracht.
  • Vraag proefpersoon 3 terug de klas in en geef hem/haar de opdracht.

Stap 6: analyse oefening

Bespreek met de klas wat de verschillen en overeenkomsten waren tussen de manieren waarop de drie proefpersonen uitleg gaven. Wat was goed en wat was minder goed aan de uitleg?
Als feedback kun je als docent de volgende tips meegeven:

  • gebruik signaalwoorden om aan te kondigen wat de opbouw van je verhaal is
  • geef voorbeelden
  • herhaal belangrijke punten
  • spreek extra langzaam

 

Klik hier om de pdf van deze lesbrief te downloaden.

 

Wil je meer weten over onze methode Nieuw Nederlands?

Naar de website